Tot op zijn minst het einde van de 18e eeuw aten de Britse royals delen van het menselijk lichaam, blijkt uit een boek over kannibalisme.
Ook in de rest van Europa kwam kannibalisme veelvuldig voor onder welgestelden.
Terwijl ze vol afkeuring over de ‘barbaarse kannibalen van de Nieuwe Wereld’ spraken, namen ze zelf menselijk vet, vlees, bot, bloed, menselijke hersenen en huid tot zich.
Gedacht werd dat delen van het menselijk lichaam een therapeutische werking hadden. Vooral bloed, bot en vlees werden gebruikt om middeltjes van te maken.
Genoeg bewijs
Mos uit de schedels van overleden soldaten werd gebruikt als middel tegen bloedneus, weet dr. Richard Sugg van de Universiteit van Durham.
Kannibalisme kwam niet alleen voor in de Nieuwe Wereld, maar ook in Europa, stelt hij.
Sugg merkt op dat we hier op school vrijwel nooit iets over leren, terwijl er genoeg bewijs voor te vinden is in historische geschriften.
Tombes
Koning Karel II van Engeland maakte zijn eigen medicijn uit lijken, en ook koning Frans I van Frankrijk, de arts van koningin Elizabeth I, koningin van Engeland Elizabeth Woodville, koning Willem III van Oranje en koningin Maria II van Engeland maakten er gebruik van.
Botten werden voornamelijk uit Egyptische tombes en Europese begraafplaatsen gehaald.
Aan het einde van de 18e eeuw waren menselijke schedels één van de belangrijkste Engelse importproducten.
Deze nieuwe telescoop gaat zoeken naar Planeet X
De regering-Biden wil niet dat je deze gelekte documenten over de oorlog in Oekraïne ziet
‘Kwaliteitskranten’ keihard betrapt. Kijk hier hoe onze media grote hoeveelheden nepnieuws maken en verspreiden
Maak kennis met Frankie: de herdershond die kanker kan ruiken bij mensen
Waarom Europa zich uit de NAVO moet terugtrekken
“Er zijn negen dimensies die naar andere universa leiden”
Vogels vallen opnieuw massaal uit de lucht boven Beebe
“We zijn tot de vreselijke conclusie gekomen dat het Witte Huis terreurgroep IS verdedigt”
Harde clash tussen Eva Vlaardingerbroek en BBB-leider Van der Plas: ‘Jammer dit gestook, Caroline’