De Amerikaanse aanwezigheid in Syrië is al vanaf het begin illegaal en de Verenigde Staten voeren een illegale oorlog in dat land. Dat stelt Renee Parsons, die als stafmedewerker op het Capitool werkte.
Er is volgens haar geen verschil tussen de zogenaamde ‘gematigde’ rebellen en de terroristen. “Ze zijn van hetzelfde laken een pak en krijgen allemaal wapens en munitie van de CIA.”
Mythe
Het is een mythe dat president Assad een dictator is, aldus Parsons. “Hij is democratisch gekozen door het Syrische volk.”
“Amerikaanse congresleden noemen hem een dictator, terwijl hij dat niet is,” zei ze.
Ze merkte op dat Amerikanen weinig informatie krijgen over wat er echt gebeurt in Syrië en wat de rol van Amerika is in het land.
Triest
Parsons vindt dat het Congres moet kijken naar een wetsvoorstel dat is ingediend door congreslid Tulsi Gabbard, die net terug is van een bezoek aan Syrië.
Gabbard wil met het wetsvoorstel Amerikaanse wapenleveranties aan de terroristen verbieden.
Ze werd hard aangevallen door de neoconservatieven omdat ze ook een ontmoeting had met de Syrische president Assad.
“Het is triest om te zien hoe de media haar onder vuur nemen,” zei Parsons. “Ze wil alleen maar vrede en wilde kijken wat ze kon doen om die boodschap over te brengen aan het Amerikaanse volk.”
“Het is goed dat de Davos-elites beseffen hoe kwaad veel gewone burgers op ze zijn”
Grootschalige cyberaanval op banken over de hele wereld
Tijdschrift publiceert case-report over man die 3 weken na coronaprik overleed: ‘Heel belangrijk artikel’
Slachtoffers vaccinatieschade: ‘VWS en RIVM zeiden: je hebt hem vrijwillig genomen, dus span maar een rechtszaak aan’
Hoe een machtige lobbygroep het volk onnodig bang maakt voor Iran
Schoolverlater verandert na hoofdletsel in wiskundig genie
Ierse senator haalt hard uit naar Big Pharma wegens profiteren van virus
Wurgcontract over gaswinning in Groningen uitgelekt. Zo ver ging de overheid om het geheim te houden
Harde clash tussen Van Meijeren en minister Dijkstra tijdens oversterftedebat: ‘Schoffering van de Kamer!’