Al enkele jaren is het gebied rond de verwoeste kerncentrale in het Japanse Fukushima niemandsland.
Na de tsunami en de kernramp van maart 2011 ontvluchtten zo’n 150.000 Japanners de regio uit angst voor de straling. Eén man bleef achter: de 58-jarige Keigo Sakamoto.
De overheid zette na de ramp toegangswegen naar Fukushima af met betonblokken, maar Sakamoto wilde niet vertrekken. Maandenlang moest hij zien te overleven. Uiteindelijk besloot hij een opvangcentrum voor dieren op te richten.
De toegangswegen rond het risicogebied zijn inmiddels deels weer vrijgemaakt, maar de overheid verplicht mensen die het gebied betreden om voor zonsondergang weer weg te zijn. Sakamoto blijft echter bij zijn dieren, die zich al flink hebben voortgeplant.
Zijn opvangcentrum telt intussen meer dan 500 geiten, konijnen, ganzen, eenden en honden. Voor voedsel rijdt Sakamoto twee keer per week naar de dichtstbijzijnde supermarkt. Daarvoor moet hij alleen wel anderhalf uur rijden.
Bron: Vtm.be
Gerelateerd:
- Radioactieve boer zorgt voor dieren bij kerncentrale Fukushima (video)
- Ontdek hoe thorium een einde aan de energiecrisis kan maken (video)
- Tiener bouwt kernfusiereactor in schuur (video)
- India gaat elektriciteit opwekken uit thorium
- Koude kernfusie: Gaat Andrea Rossi de energiemarkt veroveren?
Kijken: “De Europese Unie heeft in zijn huidige vorm geen enkele toekomst”
Nederlandse IC-verpleegkundigen zien mensen na inenting op IC belanden: ‘Men lijkt het maar normaal te vinden’
Buitenaardse hoorzittingen geleid door oud-congresleden VS
Is dit de reden waarom holistische artsen dood worden gevonden?
Stop met deze waanzin. Nederlanders willen hun geld terug. Kamerlid plaatst klimaatgekkigheid in perspectief met cijfers
Ontdek waarom light frisdrank véél gevaarlijker is dan gewone frisdrank en je bloedvaten verwoest
In de MSM wordt inmiddels opgeroepen tot arrestatie van Britse ‘coronaminister’: ‘Eerste domino gevallen’
Professor Cahill: coronaprik keert je immuunsysteem tegen je eigen lichaam
Belastingspecialist waarschuwt: ‘Ik denk dat we aan de vooravond staan van een bloedbad’