
Hormoonverstoorders zijn chemische stoffen die gevaarlijk zijn voor onze gezondheid. We komen dagelijks met veel van deze stoffen in aanraking. Ze zijn verantwoordelijk voor ziektes als kanker, diabetes, obesitas en onvruchtbaarheid.
De chemicaliën imiteren onze eigen hormonen, waardoor de functie ervan wordt verstoord. De Environmental Working Group (EWG) heeft een lijst opgesteld van de 12 ergste hormoonverstorende stoffen waar de mens geregeld mee in contact komt: BPA (bisfenol A), dioxine, atrazine, ftalaten, perchloraat, vlamvertragers, lood, kwik, arseen, perfluorverbindingen, organofosfaten en glycolether.
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) stelt dat hormoonverstoorders verboden moeten worden om zo de gezondheid van toekomstige generaties veilig te stellen. Volgens de WHO veroorzaken hormoonverstoorders ontwikkelingsproblemen in het zenuwstelsel bij kinderen, prostaatkanker bij mannen, niet-ingedaalde teelballen bij jonge mannen, aandachtsstoornissen en hyperactiviteit bij kinderen en schildklierkanker. Blootstelling op jonge leeftijd maakt kinderen steeds jonger vatbaar voor kanker.
Je kunt deze schadelijke stoffen op een aantal manieren vermijden. Koop producten in glazen flessen en geen plastic flessen of blik. De stoffen kunnen uit de verpakking lekken en de inhoud ervan besmetten.
Bewaar je voedsel en dranken in glazen potten en niet in plastic bakken of potten. Vermijd plastic vershoudfolie. Gebruik glazen babyflessen. Eet zoveel mogelijk verse, onbewerkte voeding. Bewerkte en voorverpakte producten bevatten vaak hormoonverstoorders. Verruil pannen met anti-aanbaklaag voor keramische pannen. En koop kinderspeelgoed dat geen bisfenol A bevat.