Taylor Wilson gelooft dat kernfusie een oplossing is voor onze toekomstige energienoden, en dat kinderen de wereld kunnen veranderen. Hij weet van beide dingen het één en ander af. Toen hij 14 was, bouwde hij een werkende kernfusiereactor in de garage van zijn ouders. Twee jaar geleden veroverde hij prompt het TED-podium met zijn verhaal.
Wilson bouwde ook een apparaat waarmee de inhoud van containers kan worden gecontroleerd op nucleaire wapens. Het apparaat werkt met kernfusie en moet de overheid helpen terroristen tegen te houden.
Het apparaat werkt doordat deuterium-kernen worden gefuseerd. Daarbij komt neutronenstraling vrij die door de container gaat. Die straling reageert met de inhoud van de container, waarna het apparaat een indicatie kan geven van de inhoud van de container.
Wilson is de jongste wetenschapper die een kernfusie bewerkstelligde. Hij was 14 toen dat lukte, maar was toen al drie jaar bezig. “Ik denk echt dat wetenschap cool is en als je echt de wereld wilt veranderen, ga dan de wetenschap in,” zei hij. “Want dat is de toekomst en wetenschappers zijn de mensen die de wereld veranderen.”
Tot besluit bedacht Wilson een goedkopere manier om medische isotopen voor de behandeling van kanker te maken. NBC trok samen met dit wonderkind de bergen van Nevada in voor een portret.
[NBC News]
Overheidsexpert spreekt zich uit over complottheorieën rond Nibiru. Vergaat de wereld vandaag?
Kersverse Griekse minister moet weg omdat hij suggereert dat Israël achter de aanslagen op 9/11 zat
Duitse onderzoekers zien verband tussen oversterfte en vaccinatiegraad: ‘Pittige conclusie’
En Bill Gates zag dat het goed was: India omarmt halsketting met microchip
Amerika neemt illegale oliehandel in Syrië over van terreurgroep IS. Russische leger uit zware beschuldigingen
WHO-baas Tedros verklaart de oorlog aan vlees en landbouw
Kazachse universiteit ontdekt ‘levenselixer’
FVD bindt de strijd aan met World Economic Forum: ‘Invoering van referenda kan dit corrigeren’
Landbouwminister weigert motie uit te voeren: ‘Dit vind ik toch wel heel ver gaan’