Jon Stewart haalde tijdens een verrassingsbezoek aan het tv-programma The Late Show met Stephen Colbert hard uit naar de mainstream media.
Stewart gaf eerst Trump de volle laag. Afgelopen week verbood de president journalisten van onder andere de New York Times en CNN een persconferentie bij te wonen.
Daarnaast noemde Trump de media ‘de vijand van het Amerikaanse volk’ tijdens een toespraak. “Het maakt me allemaal knettergek,” zei Stewart. “Ik kan er niet meer tegen.”
Stoppen met zeuren
De media, die de aanvallen van Trump ‘on-Amerikaans’ noemden, moeten volgens hem stoppen met zeuren.
Hij vergeleek de media met een jaloerse ex-vriendin. “Ik heb gehoord dat Donald Trump het heeft uitgemaakt met jullie. Dat doet vast pijn. Ik dacht dat jullie eindelijk je gelijke hadden gevonden: een babbelaar die even overgevoelig en narcistisch is als jullie.”
De media moeten volgens hem stoppen met de voortdurende, obsessieve berichtgeving over de president.
Verbetering
Uit elkaar gaan zal niet makkelijk zijn, aldus Stewart. “Maar het geeft jullie een geweldige kans om aan zelfreflectie en verbetering te doen.”
“In plaats van jullie zorgen te maken dat hij on-Amerikaans is, dat hij denkt dat jullie de vijand zijn of dat hij gemeen is en jullie niet toelaat op persconferenties: ga iets voor jezelf doen,” zei hij.
“Neem een hobby. Ik raad journalistiek aan,” klonk het nog.
Russische woordvoerster op tv: “Overwinning Trump is Joods complot”
De timing van de virusmutatie ‘is wel erg opmerkelijk’
Desastreuze peiling: kwart kent iemand die is gestorven door coronavaccins
Vlaamse arts schrijft open brief: ‘De ‘experts’ die het coronabeleid bepalen zijn geen experts’
Hoekstra maakt zich niet populair met uitspraken over dienstplicht: ‘Verdomde oorlogshitser’
‘Als we vandaag allemaal die groene vinkjes door de plee spoelen, is het voorbij’
Zwitsers stemmen over basisinkomen van 2037 euro voor iedereen
VN onderzoekt voor het eerst toestand van Native Americans
Dokter laakt ‘schandalige berichtgeving’ over coronaprotesten: ‘Dat zijn er miljoenen!’